Terwijl de inkomenszekerheid van ouderen tussen 1980 en 2015 groeide, nam die van mensen tussen 18 en 64 jaar sterk af (-34 procent). De werkzekerheid van de niet-gepensioneerden verminderde in de achterliggende decennia eveneens (-27 procent). Uit een latente klassenanalyse blijkt dat de Nederlandse bevolking in 2014 is opgedeeld in zes groepen, die verschillen in hun economische, sociale, culturele en aan de persoon gebonden hulpbronnen. Bij die kapitaalgroepen is sprake van een onevenredige verdeling van ontevredenheid over de sociale bescherming, de culturele diversiteit, de Europese eenwording, de nationale politiek en de elite. Waarschijnlijk heeft de toegenomen onzekerheid van werk en inkomen bijgedragen aan de huidige sociale opdeling. Ook hebben de institutionele veranderingen vermoedelijk het maatschappelijk ongenoegen gevoed bij groepen met weinig hulpbronnen, en bij hen die een toekomstige achteruitgang vrezen.