Hennipman was hoogleraar algemene economie op de UvA en een halve eeuw redacteur van De Economist. Zijn aandachtsgebieden waren vooral de geschiedenis van het economisch denken en de welvaartstheorie als grondslag van de economische politiek. Dit artikel geeft een schets van zijn theoretische bijdragen aan deze terreinen aan de hand van zijn geschriften. Onder deze geschriften nemen naast zijn omvangrijke publicaties ook zijn boekbesprekingen een belangrijke plaats in, omdat die miniatuurtjes van economische analyse zijn. Rode draad in zijn beschouwingen is de consequente verdediging van een onstoffelijk welvaartsbegrip dat teruggaat tot zijn proefschrift uit 1940 en thans in het beleid wordt aanvaard.